Wist je dat oestrogeen meewerkt aan meer dan 400 processen in je lichaam? Zo beschermt het je hart en bloedvaten en draagt het bij aan gezonde botten. Oestrogeen is ook hét dominante hormoon van de lente en zomer van je cyclus. Dit is het gedeelte ná je menstruatie tot en met de eisprong. Je eicellen groeien in een eiblaasje (follikel). Iedere cyclus wordt een groepje eiblaasjes uitgekozen om verder te rijpen. Na zes dagen wordt het beste eitje uitgekozen dat volledig uit mag rijpen. Vanaf dan begint dat eiblaasje met het produceren van oestrogeen. Oestrogeen wordt nu het dominante hormoon van deze fase. Zo hoort dit in een gezonde cyclus.
En wat doet oestrogeen? Het zorgt ervoor dat je je zelfverzekerd voelt, sensueel. Het zorgt ervoor dat je zin hebt om de wereld in te stappen. Je wordt creatief en sociaal en het maakt zelfs je gezicht symmetrischer. Kortom: het maakt je aantrekkelijk en ontvankelijk. Want het doel van jouw lichaam is op dit moment: zwanger worden. Onder invloed van het oestrogeen wordt je baarmoederslijmvlies dikker en dikker. En je baarmoederhals begint meer slijm te produceren (dit zul je ook zien in je onderbroek). De samenstelling van het slijm verandert ook. Het slijm voedt de spermacellen en helpt ze om makkelijker en sneller naar de baarmoederhals te komen.
Zo’n 24 uur voor je ovulatie (je eisprong) heeft de hoeveelheid oestrogeen haar hoogtepunt bereikt. Ook je testosteron gaat omhoog. Dit zorgt ervoor dat je libido een boost krijgt. Je voelt je actief, ambitieus en sexy. En dan komt er nóg een hormoon bij: het luteïniserend hormoon (LH). Het zorgt ervoor dat de follikel nóg meer oestrogeen gaat produceren. En in samenwerking met FSH zorgt dit uiteindelijk voor je eisprong.
Het is dus een ingewikkelde samenwerking tussen allerlei hormonen: FSH, LH, oestrogeen en testosteron. Deze werken allemaal samen om die piek te bereiken voor je eisprong. Is je eisprong geweest, dan dalen deze hormoonniveaus weer heel snel. Later in je cyclus stijgt het niveau oestrogeen weer wat, maar niet zoveel als voor de eisprong. Deze keer zorgt het ervoor dat je baarmoederwand dikker wordt, om zo een fijn nestje te maken voor een eventueel bevrucht eitje. Ben je niet zwanger? Dan dalen je hormoonniveaus weer en je baarmoederslijmvlies wordt afgestoten: je wordt ongesteld.
